Boerderij Leeuwendaal
In 1692 trouwt Claas Claasz met de weduw Anna Maertensdr en gaat hij met zijn zoon Claas Claasz bij haar wonen. Het echtpaar boert goed, want zij kopen naast de boerderij waar zij al wonen, nog een boerderij in de Purmer, een van de twee boerderijen is leeuwendaal Na de dood van Claas Claasz in 1728 koopt zoon Claas Claasz boerderij leeuwendaal van de erven, hij neemt dan ook de naam Van Leeuwen aan. In 1728 woont dus iemand met de naam van leeuwen op leeuwendaal. Tot 1848 blijven nakomelingen van de familie van Leeuwen op leeuwendaal wonen. In 1849 wordt bij een openbare verkoping leeuwendaal aan de rijke Amsterdamse koopman Fodor verkocht. Het gebouw is volgens de notariële papieren dan in erbarmelijke staat en wordt op de oude fundamenten helemaal opnieuw opgebouwd.
Tussen 1849 en 1904 zijn regelmatige verbouwing op de boerderij geweest , de boerderij krijgt zijn huidige aangezicht en omvang bij de verbouwing in 1904.
De Purmer
De Purmer was oorspronkelijk een meer, ontstaan in de middeleeuwen. In 1617 verleenden de Staten van Holland een octrooi aan de steden Edam en Monnickendam om het Purmermeer droog te malen. Dijken werden opgeworpen, een ringsloot werd gegraven en onder leiding van de beroemde waterbouwkundige Jan Adriaenszn Leeghwater werden vijftien molens rond het meer gebouwd. Deze molens begonnen in 1620 het water uit het meer in de ringsloot te malen. Twee jaar later, in 1622, viel het meer droog. De eerste boeren in de Purmer waren geen zelfstandigen, maar zetboeren. Dat wil zeggen dat ze voor de stedelijke grondbezitters werkten. De opbrengsten uit de landbouw vielen toe aan de steden die de gronden in eigendom hadden.
In de link kunt u de Kavelkaart van de Purmer in 1622 vinden, net na de drooglegging en de verdeling van de grond in kavels. Bron: Waterlands archief.